Het lopersboek

In de hedendaagse maatschappij leven mensen, ondanks alle voorzieningen, ongezonder. Velen leiden een flink deel van de dag een zittend bestaan. Voor de TV, de PC of in de auto. Daar moet iets tegenover staan. Het is geen wonder dat in dit kader het beoefenen van een duursport aan populariteit wint. Lopen is daarbij een makkelijke mogelijkheid om te ontspannen en de stress van de dagelijkse bezigheden kwijt te raken. Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig werd je nog als wat wereldvreemd beschouwd als je regelmatig ging lopen. Dat is definitief voorbij. Lopen is tegenwoordig een maatschappelijk begrip. Het is in brede kringen aanvaard dat je je gezondheid belangrijk vindt, dat je zorgt dat je fit bent. Sterker nog: je stijgt er mee in maatschappelijk aanzien. Goed voorjezelfzorgen is in. De omslag in denken over bewegen en gezond zijn, is nog steeds gaande. Organisaties als de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU), de Stichting Consument en Veiligheid, de Nederlandse Hartstichting, maar in toenemende mate ook de overheid, doen er alles aan om beweging te stimuleren. Iedereen kan gaan (hard)lopen, overal en op ieder moment van de dag. In een stadspark, over fietspaden, in de bossen, op het strand of in een van de vele fraaie natuurgebieden die Nederland rijk is. Het is daarbij wel zaak om verantwoord te lopen en niet ineens te veel te willen. Dit Lopersboek van de KNAU wil daarbij helpen. Het is geschreven door mensen die goed zijn ingevoerd op het gebied van training en begeleiding van het lopen. Maar ook medische aspecten, voeding en kleding en schoeisel komen aan bod. Als je gaat lopen dien je met diverse factoren rekening te houden: je dagelijkse beslommeringen, je sportverleden, maar ook je gezinssituatie, je leeftijd, je gezondheid en je gewoontes. Iedereen heeft zijn eigen uitgangspositie. Lopen is niet alleen fysiek, het is ook psychisch. Verwacht niet datje na de eerste weken vol aan de slag kan gaan. je moet de discipline hebben om op de lange termijn te denken. Vandaag met lopen beginnen, betekent niet datje volgende week of volgende maand een halve marathon met succes kunt voltooien. Maar je voelt je al wel snel gezonder en je kunt jezelf al op korte termijn versteld laten staan met de vooruitgang die je kunt boeken. Dat heeft weer uitstraling op je dagelijkse leven, op je werk. je kan jezelf trakteren op een stuk gezondheid en dynamiek. Lopen wordt zo een deel van je levenswijze. In mijn rol als bondscoördinator wegatletiek vind ik het belangrijk dat de toppers een voorbeeld zijn voor de breedtesporter. Top en breedte hebben invloed op elkaar. Op dit moment waait er een frisse wind door de Nederlandse loperswereld. Het eigene van Irma Heeren, de wereldkampioene duatlon, die lopen en fietsen weet te combineren en daardoor beter gaat lopen. Het onstuimige van Greg van Hest, die op een heel eigen wijze met de loopsport omgaat en enthousiasme uitstraalt.