Steenovensvolk, verhalen om te onthouden

Een boek over de mensen die werkten op de steenfabrieken langs de grote rivieren — vanaf de eeuwwisseling tot de saneringen van de jaren tachtig. Een boek over de moddermakers en de vormers, de schabullen en de hitterijders, de opsnijdsters en opzetters, de stokers en de uitkruiers. Kortom: over het steenovensvolk. Onder de hoge schoorstenen in de vlakke uiterwaarden hebben sinds de jaren zestig ingrijpende veranderingen plaatsgevonden. Tientallen ovens hebben voorgoed de vuren moeten doven. Op de overige regelen een paar procesbewakers vanuit controlekamers de grotendeels gemechaniseerde en geautomatiseerde produktie. Een tijdperk werd afgesloten. In dit boek vertellen ruim zeventig oud-steenfabrieksarbeiders en -arbeidsters over hun werk op afgelegen plaatsen en hun leven in afgezonderde gemeenschappen waar onderlinge hulp en gezelligheid tot het leven van alledag behoorden. Het zijn verhalen over de oude veld- en ringovens, over de lange arbeidsdagen tijdens de campagne, het mollen vangen in de winter, over het matten bij nacht en ontij en de periodieke overstromingen, over kwajongensstreken en blauwe maandag, over de bazen en de heren. Verhalen over crisis en werkverschaffing, oorlog en wederopbouw, over het verdwijnen van de paarden en de komst van heftrucks. En telkens weer wordt duidelijk hoezeer de oven het leven bepaalde van mannen, vrouwen en kinderen. Hard werken, weinig verdienen en toch tijd vinden om schik te maken. Verhalen om te onthouden.