Ontdekkingsreis van een Arnhemse familie

Samenvatting De oorsprong van de Arnhemse familie ligt bij een soldaat die door de veroveringsdrift van Napoleon naar de Bataafse Republiek wordt gestuurd. Na de ontzetting van Arnhem op 13 november 1813 vestigt deze eerste generatie Frequin zich in Arnhem. De tweede generatie vecht zich een weg in een veranderend Arnhem. Er is veel sterfte rond 1830: de pest breekt ook uit in de Langstraat waar ze wonen. De oudste zoon gaat in militaire dienst, gelinkt aan de ‘Blauwe kazerne’. De jongste zoon raakt het spoor bijster, een echte heibelmaker: hij wordt door de gemeente Arnhem de stad uit gestuurd. Arnhem herpakt zich in de tweede helft van de negentiende eeuw. Zo ook Lodewijk Frequin, de derde generatie. Lodewijk leeft in de arbeiderswijk Klarendal onder erbarmelijke omstandigheden. Door zijn vechtersmentaliteit weet hij zich te ontwikkelen tot een nestor in de typografenwereld. Mede door hem veranderen de arbeidsomstandigheden en andere sociale voorzieningen voor de Arnhemmers. Lodewijk heeft met zijn Franse bloed samen met zijn Pruisische vrouw Johanna de basis gelegd voor een maatschappelijk en sociaal bewogen gezin met een blije en gemoedelijke uitstraling. Hun kinderen, de vierde generatie, hebben een bijzondere mix van dit Frans-Duits bloed. Die blije en gemoedelijke uitstraling hebben ze vertaald naar ‘Naam & Faam’ bij hun kinderen op uiteenlopende terreinen. Maar ook kenmerkend door de eenvoud van zijn zoon Jan. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zien we deze vechtersmentaliteit terug door in het verzet te gaan. Dezelfde hechte, maatschappelijk en sociaal bewogen familie, met gevaar voor eigen leven. De een risicovol, de ander in de luwte. Getekend door de oorlog geeft de relatieve jonge vijfde generatie vorm aan de naoorlogse wederopbouw. Met oorlogsverdringing heeft deze generatie veel bereikt in een breed spectrum van onderwijs, bedrijfsleven en het vrije woord. Een bijzondere ontdekkingsreis naar een Arnhemse familie.