Heuvel / Franse reeks
- 30 dagen retourgarantie
- Gratis verzending vanaf 4 boeken of 40 euro
- Op werkdagen voor 15:00 besteld, dezelfde dag verzonden
- tot en met 26 oktober 3+1 promotie
21,80

Waar gaat het over?
Recensies
Hans • juli 21, 2025
Al in zijn debuut “Heuvel”, verschenen in 1929, maakt Jean Giono duidelijk hoezeer het menselijk leven afhankelijk is van de omringende natuur. In de onderhavige roman betreft het de natuur in de Provence en weet de in het stadje Manosque geboren, getogen en overleden auteur (1895-1970) die op bijzonder beeldende en tevens indringende wijze te beschrijven – in alle schoonheid, maar ook dreiging die in concreto van haar uitgaat. Zelfs zonder daar ooit te zijn geweest ziet men als lezer Montagne de Lure en de bewoners van het gebergte voor zich, voelt men de wind, de hitte, de kou, hoort men het water stromen en ruisen en de insecten zoemen, ruikt men de geur van al hetgeen er in bloei staat en proeft men de armzalige wijn die er wordt gedronken. Omdat er rond de Bastides, het fictieve gehuchtje waar Giono zijn vertelling situeert, behalve vele andere dieren nogal wat hazen voorkomen, veroorloof ik mezelf nog maar eens een keer terug te grijpen op de metafoor die vakbroeder en tijdgenoot Roger Martin du Gard (1881-1958) gebruikte ter duiding van respectievelijk inhoud en stijl van een bepaald werk: die van het vlees van een te consumeren haas en de saus waarin dat wordt opgediend. Hoewel ik heb genoten van de Provençaalse haas die Giono vanuit het vrije veld op het bord van zijn lezer doet belanden, beantwoordt het vlees zomin als de saus voor de volle honderd procent aan mijn smaak. Voor wat betreft de inhoud heb ik er enige moeite mee dat de werkelijkheid die in het verhaal aan de orde is en die erop neerkomt dat de natuur zich op diverse gruwelijke wijzen tegen de dertien bewoners van het vijf huizen tellende gehuchtje lijkt te gaan keren, mogelijk bovenaardse verschijnselen omvat. En de stijl waarin “Heuvel” is geschreven, doet me soms al te poëtisch aan. Een en ander doet hoe dan ook weinig af aan de kwaliteit van Giono’s debuut. De vertaling en het nawoord van Kiki Coumans dragen zeker bij aan het genoegen dat ook andere dan francofiele lezers aan “Heuvel” zullen kunnen ontlenen. Alleen bevreemdt het me enigszins, hoe wonderlijk het er soms ook aan toegaat in de Provençaalse natuur, dat een dennenboom ‘gebladerte’ zou bezitten (p. 116)…