De Eed

Wanneer de directeur van de grootste ziektekostenverzekeraar van San Francisco overlijdt, wordt er aanvankelijk niet aan getwijfeld dat dit het gevolg is van diens zware verwondingen na een verkeersongeluk. Maar uit de autopsie blijkt dat een overdosis kalium hem fataal is geweest. Zijn arts, Eric Kensing, wordt meteen als hoofdverdachte aangemerkt. Abe Glitsky, hoofd Moordzaken, die twee onervaren rechercheurs op het onderzoek had gezet, raakt ervan overtuigd dat dit geen gewone moordzaak is en zet meer mankracht in. Kensing, voor wie het er steeds ongunstiger uitziet, roept de hulp in van advocaat Dismas Hardy. Hardy stelt de tegenaanval in: deze moord is niet gepleegd door Kensing, maar heeft alles te maken met zakelijke belangen. Hij weet dat er problemen zijn bij de ziektekostenverzekeraar, en komt tot de afschuwelijke ontdekking dat er naar verhouding veel te veel patiënten overlijden. Het lijkt erop dat het ziekenhuis, dat in eigendom is van de ziektekostenverzekeraar, een rol speelt bij hun dood. Terwijl zijn huwelijk eronder lijdt, stelt Hardy alles in het werk om zijn cliënt te verdedigen. Hij gaat de strijd aan met de hebzuchtige, gewelddadige samenzweerders die - tegen hun artseneed in - patiënten van het leven beroven, terwijl zij die behoren te redden.