Fauna-inventarisatie

Sinds de Flora- en faunawet van kracht is in Nederland, is het van belang om bij geplande werkzaamheden te onderzoeken of deze in strijd zijn met de bepalingen uit deze wet. Het maakt daarbij niet uit of het gaat om werken in stedelijk gebied of in buitengebied. Er dient met name onderzocht te worden of in het gebied beschermde diersoorten voorkomen en of zij er hun vaste rust- of verblijfplaats hebben. Er kan dan geïnventariseerd worden welke diersoorten er voorkomen (kwalitatieve inventarisatie) en in welke aantallen (kwantitatieve inventarisatie). Het boek 'Fauna-inventarisatie, Wetgeving en methoden' gaat over de inventarisatie van diergroepen. De diergroepen die worden behandeld zijn vogels, zoogdieren, amfibieën en reptielen, vissen, insecten, weekdieren en kreeftachtigen. Het boek is onderverdeeld in vier delen. In deel I wordt het wettelijk kader behandeld. De opzet van de inventarisatie en de inventarisatiemethoden vormen het onderwerp van deel II. De te inventariseren diergroepen worden behandeld in deel III. Deel IV tenslotte gaat over de statistiek die nodig is om de verworven gegevens uit de inventarisatie te kunnen interpreteren.