Dogmatiek 3b: God en mens verzoend

Dogmatiek deel 3b Het derde deel van Wentsels Dogmatiek, getiteld God en mens verzoend, bestaat uit twee banden. Band 3a had tot thema: de leer aangaande God, de mens en de zonde. In deze band stelt de auteur onder meer de volgende vragen en problemen aan de orde: Wat zijn eigenlijk de 'grootheden' Gods? Gaat het in Gods mega-daden alleen om heilsfeiten of ook om oliebranden? De maagdelijke geboorte van Jezus rust op betrouwbare, van elkaar onafhankelijke getuigen. De incarnatie van de eeuwige Zoon van God heeft een buitengewoon grote betekenis voor onze redding, maar ook voor de maatschappij en wetenschap. Ook de Zoon verricht mega-daden. Wat is het verschil tussen verzoening (kat-allagè) door de drie-enige God en zoening (hilasmos) door de ambtsdrager Jezus Christus? Wat moet de kerk verkondigen? Moet zij zich beperken tot de verkondiging van de eeuwige behoudenis of moet zij op concrete punten ook duidelijk politiek partij kiezen? God heeft zijn heilsplan en verkiest de zijnen uit alle volken. Hoe zit het dan met het heilsaanbod? Heeft Hij ieder mens hoofdelijk met zich verzoend en laat Hij het aan ieder mens zelf over om de heilskans te grijpen? Zijn de Dordtse Leerregels breedkatholiek of enghartig? Christus oefent zijn heerschappij uit zowel over de volken als over de kerk. Wat betekent het dat Hij Kurios is over de duivel? Ligt deze aan de ketting? Hoe komt het dan in de 20e eeuw tot zoveel bloedige (wereld)oorlogen? Wat betekent het dat Christus de geknevelde mensheid bevrijdt van honger, leed en verdrukking? Aards welzijn staat niet gelijk met eeuwige behoudenis: hoe verhouden het streven naar aards welzijn en het strijden om de persoonlijke behoudenis zich tot elkaar? Zijn er in het hiernamaals nog heilskansen en draagt de hel een tijdelijk karakter?