SYMPOSIUM

Het boek Symposium, geschreven door Plato en vertaald door Gerard Koolschijn, is een klassiek werk uit de oudheid dat zich richt op de filosofische en literaire tradities van het oude Griekenland. Het boek is een dialoog tussen verschillende personages die samenkomen tijdens een symposium, een feestelijke bijeenkomst waarbij er gediscussieerd wordt over verschillende onderwerpen. Het symposium begint met een inleiding van Apollodorus, een leerling van Socrates, die vertelt over een bijeenkomst die hij bijwoonde waarin de filosoof Aristodemus verslag deed van een symposium dat hij eerder had bijgewoond. Het symposium vond plaats ter ere van de tragediedichter Agathon, die zojuist een prijs had gewonnen voor zijn werk. Tijdens het symposium houden verschillende personages toespraken over de aard van de liefde. Elk personage heeft een andere kijk op liefde en probeert zijn eigen filosofische ideeën naar voren te brengen. De toespraken variëren van lofzangen op Eros, de god van de liefde, tot filosofische beschouwingen over de aard van verlangen en schoonheid. De eerste spreker is Phaedrus, die betoogt dat liefde de grootste kracht in het universum is en dat het de menselijke ziel kan verheffen. Hij wordt gevolgd door Pausanias, die onderscheid maakt tussen "hemelse" en "aardse" liefde en pleit voor een meer verstandige benadering van liefdesrelaties. Na Pausanias spreekt Eryximachus, een arts, over de rol van liefde in de geneeskunde en het belang van evenwicht en harmonie. Aristophanes, de bekende komedieschrijver, volgt met een mythe over de oorsprong van de menselijke liefde, waarin hij betoogt dat mensen ooit dubbelwezens waren en dat liefde een verlangen is om weer één te worden met onze andere helft. Daarna is het de beurt aan Agathon zelf, die een lyrische toespraak houdt waarin hij de schoonheid en deugdzaamheid van Eros prijst. Ten slotte komt Socrates aan het woord, die zijn toespraak begint met de bekentenis dat hij geen kennis heeft van de liefde. Hij stelt echter wel vragen aan Agathon en de andere sprekers om hun ideeën te onderzoeken en te bevragen. Het Symposium is een rijk en complex werk dat verschillende filosofische en literaire thema's verkent, zoals de aard van liefde, schoonheid, waarheid en kennis. Het boek biedt inzicht in de denkwijze van Plato en zijn tijdgenoten en is een belangrijk werk binnen de westerse filosofie. De vertaling van Gerard Koolschijn maakt het Symposium toegankelijk voor een hedendaags publiek. Koolschijn slaagt erin om de levendigheid en diepgang van Plato's tekst over te brengen, waardoor de lezer wordt meegenomen in de levendige discussies en filosofische inzichten van de personages. Zijn vertaling is helder en vloeiend, waardoor de complexe ideeën van Plato begrijpelijk worden voor een breed publiek. Al met al is het boek Symposium een fascinerende en uitdagende lezing die de lezer uitnodigt om na te denken over de aard van liefde en de rol ervan in ons leven. Het is een tijdloos werk dat nog steeds relevant is in de moderne wereld.