Een Plantersleven

'Het leven bevalt me hier overigens best', schrijft Constant van de Sandt in 1924 aan zijn neef in Nederland. Hij is administrateur van een grote koffie en rubberplantage op Oost-Java. Van de misère die hem later te wachten staat, weet hij dan nog niets. Auteur Max van de Sandt tekende het fascinerende verhaal op van zijn oudoom Constant en diens echtgenote Bernardine. Als 10-jarige jongen ontmoette Max van de Sandt het toch wel bijzondere, hartelijke echtpaar uit de tropen, dat op familiebezoek in Nederland was. Bijna 60 jaar later, staande tussen de koffiebomen van hun oude plantage, besloot hij op zoek te gaan naar hun levensverhaal. Aan de hand van een vergeeld fotoalbum, afkomstig van hun enige kleinzoon, reconstrueerde hij de Indische jaren van Constant en Bernardine. Herinneringen van familieleden uit Indië en Nederland brengen de oude foto's tot leven: Constanst vertrek uit Nederland, zijn huwelijkmet Bernardine, een succesvolle carrière in de Indische cultures op plantage Soember Manggis Kidoel. In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog leefden Constant en Bernardine in grote welstand. Het zorgeloze leven van het echtpaar als renteniers komt abrupt ten einde en wordt gevolgd door een periode van diepe ellende: hun internering in een Jappenkamp.