Prins

Mei 1912. Op de Deense kust spoelt, kort na het vergaan van de Titanic, een dode zeeman in ven kist aan. goed geconserveerd door tientallen jaren opsluiting in het ijs van Groenland. De twaalfjarige Malte, vakantiekind in een pension. vindt hem. Wie is hij? Alleen Malte zou het kunnen weten~ want hij bewaart de pet met de naam van de zeeman. Maar hij kan nog niet lezen en leeft in zijn eigen magische wereld ver van de volwassenen. De vuurtorenwachter is zijn enige vriend. Wanneer in het pension een Zuid-Amerikaan arriveert die het kamermeisje verleidt, begint voor Malte een reeks avonturen die elkaar in duizelingwekkende vaart opvolgen. Het decor is de zomerse Noordzeekust aan het begin van de vorige eeuw, met zijn verlaten stranden, zijn duinen en vissersdorpjes. De eerste automobiel is er net verschenen. De onbekende zeeman wordt MaItes bewaarengel en vergezelt hem tot aan de verrassende ontknoping van zijn identiteit. Prins is een roman over de ontluisterende, maar onvermijdelijke ontsluiting van de werkelijkheid door een kleine jongen, en tegelijk een sprookje over de kracht van de verbeelding. Een avontuurlijk en ontroerend verhaal in een wereld vol magie, verraad en liefde. Ib Michael (Roskilde, Denemarken, 1945) is schrijver en reiziger: hij maakte talloze tochten, vaak per zeilboot, naar onder andere Zuid Amerika, Polynesië. Groenland en de Noordkaap. Voor de roman Kilroy Kilroy kreeg Ib Michael de Gouden Laurierkrans, de grote prijs van Deense boekhandelaren. Zijn werk is inmiddels in vele talen vertaald, en in 1994 kreeg hij de meest prestigieuze prijs van Denemarken, de Grote Prijs van de Deense Academie. Over Het vanillemeisje zei Peter Hoeg: 'een uitzonderlijk boek, een reis in de tijd die je meevoert naar een prachtige en gevaarlijke taalwereld. Ik heb bewondering en respect voor Ib Michael.'